Gerechten uit de keuken van Servië
Pijani šaran
Dronken karper
De viskwekerij van Ečka ligt ongeveer 15 kilometer ten zuiden van de stad Zrenjajin in het noorden van Servië. Het is de grootste kwekerij van de Balkan en een van de grotere van Europa. De vijvers, zeg maar gerust meren, liggen tussen de rivieren de Bega en de Tisza, die het water leveren. Volgens de deskundigen zou de wind, die vrij spel heeft over de vlakte, door het eindeloos laten rimpelen van het wateroppervlak zorgen voor extra veel zuurstof in het water.
De veertig meren met een totale wateroppervlak van 1700 ha. produceren per jaar 3500 ton vis, vooral karper. Een tiende van de productie bestaat uit graskarper (amur), zilverkarper en meerval. De karpers worden verkocht als ze drie jaar oud zijn en een gewicht van 2 tot 2,5 kg. hebben bereikt. In de late herfst, vlak voor St.Nicolaas, wordt de vis gevangen. De kleine vis wordt in de winterkwartieren ondergebracht om ze volgend voorjaar weer uit te zetten; de drie jaar oude vissen gaan in tankwagens naar de consument, kakelvers, vooral in Servië, Macedonië en Bosnië, en in mindere mate naar Kroatië, Slovenië en Hongarije. De kwekerij van Ečka heeft een geduchte concurrent aan de Tsjechische kwekerijen van Třeboň, op afstand de grootste producent van karpers van Europa. Hun karpers zijn vetter, zo wordt er verteld: 12-14 % tegen 8% voor de Servische. Wat het lekkerst is? Dat is maar waar je van houdt.
Dit recept voor dronken karper is geliefd in heel voormalig Joegoslavië. Het is even simpel als smakelijk. De karper wordt gevuld met knoflook, spek en soms, maar niet altijd, uien. De vis wordt samen met aardappelpartjes in de oven gebakken, overgoten met een flink glas witte wijn. Soms gaat er naast de wijn ook nog een scheutje brandewijn overheen, gewoon, om zeker te zijn dat de karper stomdronken uit de oven komt. Toegegeven, het klinkt allemaal niet heel indrukwekkend, maar het resultaat mag er zeker wezen. Een geurige, goudbruin gebakken vis met onweerstaanbaar lekkere, van knoflook verzadigde aardappeltjes.
Dit recept voor gebakken karper met aardappeltjes is meer dan genoeg voor 4 flinke eters. We hebben nodig:
1 karper van een goeie 2 kg.
1 flinke bol knoflook
200 gr. (rauw) buikspek
2 kg. aardappelen
zout en peper
2 dl. halfzoete witte wijn, van een behoorlijke kwaliteit
olie
Was de karper van binnen en buiten en dep hem goed droog. Snij met een scherp mes een paar inkepingen in de karper, tot op de graten. Als de vis te groot is en niet in het bakblik past kun je de kop en de staart eraf snijden, maar beter is het om die te laten zitten. Wrijf de karper van binnen en buiten in met zout en leg het beest in een goed ingevet bakblik. Pel de bol knoflook en hak de tenen klein. Hak ook het spek in fijne stukjes. Met de knoflook en het spek vul je de buikholte van de karper. Wat je over hebt strooi je er overheen. Besprenkel de vis met wat olie.
Schil de aardappelen en snij ze in grote stukken. Die leg je rond de karper. Besprenkel ze met olie en kruid ze met zout en peper.
Schuif de hele handel in een op 180ºC. voorverwarmde oven. Na een uurtje bakken, als de karper bruin begint te worden, giet je de wijn in het bakblik. Bak nog een uurtje verder tot de karper goudbruin is.
Strooi wat verse gehakte peterselie over de dronken karper en de aardappeltjes, zet er een flesje stevige witte wijn naast en je hebt een maaltje om “u” tegen te zeggen.