Gerechten uit de keuken van Slovenië
Brancin iz pečice
Zeebaars uit de oven
In de Adriatische zee zwemmen de heerlijkste vissen rond, zoals zeebaars. Zeebaars is een rover die leeft van garnalen, krabben en kleine visjes, en zoals de meeste roofvissen heeft ook deze carnivoor erg smakelijk vlees. Aan de Sloveense kust weten ze daar wel raad mee. Met een klontje boter, een takje peterselie en een teentje knoflook gevulde zeebaars uit de oven, samen met aardappeltjes. Heel simpelkes maar o zo lekker. De vis wordt geserveerd met een “saus van Triëst”; dat is een uiterst simpel mengsel van olijfolie, gehakte knoflook en peterselie.
Voor deze zeebaars uit de oven hebben we nodig:
zeebaars, 1 p.p.
(Een beetje zeebaars weegt toch al gauw een pond. Grote eters lusten best wel zo’n hele vis, maar voor de kleintjes neem je misschien beter wat minder.)
zout
boter
citroensap
knoflook
peterselie
olijfolie
aardappelen
Als de visboer het nog niet heeft gedaan maak je de vissen schoon, maar laat de kop eraan zitten. Smeer de vissen van binnen en buiten in met zout en beprenkel ze met citroensap. Laat 5 minuten rusten.
Dep ze droog met een keukenpapiertje en vul de buikholte met een geplet teentje knoflook, een klein stukje boter en een takje peterselie.
Verhit olijfolie met een klein beetje boter in een bakblik. Leg daar de gedroogde vissen op (de warme olie voorkomt dat de huid vast gaat plakken). Omring ze met geschilde en in stukken gesneden aardappelen; die kunnen samen met de vis de oven in. Besprenkel het allemaal met wat olijfolie en bak het ongeveer 25 minuten op 180ºC.
Ondertussen maak je een “saus van Triëst”. Dat is kinderlijk eenvoudig: meng daarvoor olijfolie, zout, gehakte peterselie en gehakte knoflook. Klaar.
Schik de aardappeltjes met de zeebaars uit de oven op borden en besprenkel de vis met de saus van Triëst.