Tag archieven: fruit

Kroatische recepten      Gerechten uit de keuken van Kroatië

 

Gulaš
Goulash

Dit zou een doodnormale goulash zijn met rundvlees, uien, paprika, tomaten en wijn, ware het niet dat in deze Kroatische versie een geheim wapen wordt ingezet: fruit. Het zonovergoten Kroatië brengt een overvloed aan de sappigste, zoetste vijgen voort, en die gaan we gebruiken in deze goulash, samen met wat kaneel en nootmuskaat. Geen vijgen? gebruik dan pruimen, net als in een Dalmatische pašticada

Kroatische goulash

Voor deze Kroatische goulash halen we in huis:
1 kg. rundvlees
2 grote uien
1 tl. karwijzaad
2 tenen knoflook
1 el. (mild) paprikapoeder
2 dl. (1 glas) rode wijn
1 blikje tomatenpuree
1 tl. majoraan
2 laurierbladeren
een snuf nootmuskaat
1 kaneelstokje
een handjevol (gedroogde) vijgen (of pruimen zonder pit)
zout en peper

 

goulash Alle recepten voor GOULASH

 

Kroatische goulash
Hak de ui fijn en bak hem zachtjes glazig in wat olie, samen met de karwijzaadjes. Ondertussen snij je het vlees in blokjes, mocht dat nog niet gebeurd zijn. Als de ui glazig wordt doe je er de tenen gehakt knoflook bij. Zet het vuur dan hoog, wacht even tot het heet is en doe er dan het vlees bij. Bak het snel rondom bruin.


Nu neem je de pan van het vuur en strooi je er het paprikapoeder overheen. Schep het allemaal goed om, giet er de wijn en een glas water (of bouillon) bij en roer er de tomatenpuree door. Kruid de goulash met de majoraan, de laurierbladeren, wat nootmuskaat en zout en peper. Vergeet ook het kaneelstokje niet. Zet de pan terug op het vuur, breng de goulash opnieuw aan de kook en zet het vuur dan laag.

Kroatische goulash
Laat de goulash op een heel laag pitje langzaam gaar worden. Zorg dat er voldoende vocht in zit: doe er zo nodig nog wat water bij. Na een klein uurtje, als het vlees half gaar is, gaan de vijgen (of pruimen) erbij. Laat het rustigjes verder pruttelen tot het vlees lekker zacht is.


Deze Kroatische goulash is lekker met pasta of gnocchi.

 

Goulash van rundvlees
download dit recept

Bulgaarse recepten      Gerechten uit de keuken van Bulgarije

 

Печани ябълки – Petsjeni jablki s orechi i stafidi
Gebakken appels met noten en rozijnen

Dit nagerechtje van gebakken appels met noten en rozijnen zijn eenvoudig te maken en lekker om te eten en ze zien er ook nog eens bijzonder feestelijk uit. We snijden de appels doormidden en hollen ze uit. Toegegeven, dat is een beetje werk, maar dat is dan ook zo’n beetje alles wat je hoeft te doen. De appelhelften vullen we met in wat rum geweekte rozijnen, gemalen walnoten, citroenzeste en een paar lepels poedersuiker. Dan gaan ze de oven in en mogen er pas weer uit als ze goubruin gebakken zijn. Dat zie je niet alleen, maar dat ruik je ook aan de heerlijke geur die zich door je keukentje zal verspreiden.

Gebakken appels met noten en rozijnen maak je met:
4 appels
1 kop rozijnen
1 kop gehakte walnoten
1 dl. rum
2 el. citroenschil
8 el. poedersuiker

Gebakken appels met noten en rozijnen
Verwarm de oven voor op 175ºC.


Week de rozijnen in de rum, minstens een kwartier lang.

Gebakken appels met noten en rozijnen
Snij de appels in twee helften en hol ze uit. Vul ze met een mengsel van gemalen walnoten en geweekte rozijnen, de citroenschilletjes en het poedersuiker. Bak ze in een matig warme oven goudbruin.

 


download dit recept

Roemeense recepten      Gerechten uit de keuken van Roemenië

 

Ficăţei de pui cu mere si salvie
Kippenlevertjes met appels en salie

Een gerecht met een verrassende combinatie van heel nederige ingrediënten. De kippenlevertjes worden snel gebakken met de uien en vervolgens nog even gegaard in een hete moes van appels, gekruid met salie en peterselie. Door de korte bereiding blijven de levertjes lekker mals.

Kippenlever met appel en salie

Voor deze kippenlever met appel en salie halen we in huis:

1 kilo kippenlever
2 rode uien
3 zure appels
olie
zout en peper
1 el. verse salie, fijngehakt
2 el. verse peterselie, fijngehakt

Kippenlever met appel en salie
Schil de appels en snij ze in blokjes. Leg ze onmiddellijk in koud water met een drupje citroen erin, zodat ze niet bruin worden.


Snij de ui in flinterdunne ringetjes en bak ze in de olie tot ze glazig zijn. Schuif ze opzij en zet het vuur laag. Leg nu de levertjes in de pan en bestrooi ze met salie. Laat zachtjes 1 – 2 minuutjes bakken, terwijl je ze voorzichtig omschept. Zodra ze van kleur veranderen is het voldoende: haal ze meteen weer uit de pan en zet ze opzij.

Kippenlever met appel en salie
Laat de appelstukjes uitlekken en doe ze in de pan met de uien. Zet het vuur hoog en bak tot de appelpulp verandert in een romige, dikke saus. Doe er dan de kippenlevertjes weer bij, bestrooi het allemaal met peper en zout, breng het weer aan de kook en laat het 1 minuut zachtjes doorkoken. Strooi er dan de salie en de peterselie over, doe het deksel op de pan, draai het vuur uit en laat het vijf minuten staan.


Na vijf minuten zijn de levertjes mooi gaar geworden in de hete appelprut. Dien de kippenlever met appel en salie meteen op, met flink wat knapperig brood.

 


download dit recept

Roemeense recepten      Gerechten uit de keuken van Roemenië

 

Supă de gutui
Kweeperensoep

Koude soepen zijn op de hele Balkan geliefde gerechtjes voor de lunch op de lange en hete zomerdagen, of als voor- of nagerecht bij uitgebreide diners op het terras tijdens de zwoele avonden. De beroemde Bulgaarse tarator kennen we bij ons natuurlijk al een hele lange tijd, maar de fruitsoepen, die zijn bij ons misschien wat minder bekend. In Centraal-Europa en op de Balkan, daar zijn ze al sinds jaar en dag vast onderdeel van het (na)zomerse menu, zoals de Hongaarse koude appelsoep of de al even smakelijke kersensoep; of deze Tsjechische koude soep van aardbeien. Ook Roemenië kent vele heerlijke recepten voor koude soep, zoals deze romige soep van kweeperen.

Kweeperensoep

Voor deze zoete doch verfrissende Roemeense kweeperensoep hebben we nodig:
2 kweeperen
4 – 5 kruidnagelen
1 eierdooier
1 zakje vanillesuiker
2 dl. crème fraîche
suiker
zout

Kweeperensoep
Breng 2½ l. licht gezouten water aan de kook. Schil de kweeperen, verwijder de klokhuizen en snij ze in stukken. Die gaan in het kokende water, samen met de kruidnagels en het zakje vanillesuiker. Kook de soep tot de kweeperen zacht zijn en uit elkaar vallen. Maak ze met een houten lepel stuk tegen de rand van de pan. Het vuur mag nu uit.

Kweeperensoep
Meng het eigeel met de room. Dat meng je met een paar lepels van de hete soep. Dat mengsel giet je weer in de pan. Goed roeren. Er mag nog wat suiker bij, net zoveel als je lekker vind. Als je het als lunchgerecht wil eten zou ik het rustig aan doen, maar als je deze kweeperensoep als dessert wil eten maak je hem lekker zoet.

Kweeperensoep
Laat de soep nu helemaal afkoelen. Dan gaat hij nog een paar uur de koelkast in, want deze zomerse kweeperensoep eet je het best ijs- en ijskoud.


download dit recept

Roemeense recepten      Gerechten uit de keuken van Roemenië

 

Supă de mere si pastarnac
Appelsoep met pastinaken

Fruitsoepen zijn erg populair in Midden-Europa. Meestal zijn ze van het zoete en koude soort, zoals deze Hongaarse appelsoep, deze Slowaakse aardbeiensoep of deze soep van kweeperen; een verfrissend snoepsoepje voor op de warme zomerse dagen. Dit romige Roemeense soepje van pastinaken en appel is meer voor de killere dagen, als de zon haar zomerse kracht verloren heeft en herfstwinden met de dorre bladeren spelen die de bomen, berustend in de onverbiddelijke omloop van de seizoenen, hebben laten vallen. Dan is het tijd voor dit hartverwarmende soepje van appels en pastinaken. Ze heeft een zijdezachte textuur en een licht prikkelende smaak. De heel eventjes in olijfolie gebakken blaadjes verse salie en het knapperige brood maken het feest compleet.

Appelsoep met pastinaken

Deze appelsoep met pastinaken maken we met:
30 gr. boter
1 ui, gesnipperd
700 gr. pastinaak, schoongemaakt en in schijfjes gesneden
2 grote appels, geschild en in stukken gehakt
1½ l. groentebouillon (mag natuurlijk best van een blokje)
2 dl. slagroom
zout en versgemalen zwarte peper
een paar takjes verse salie
2 el. olijfolie
niet te dikke sneetjes stevig, donkerbruin brood

Appelsoep met pastinaken
Laat de boter smelten in een grote pan. Doe er de ui, pastinaak en appelstukjes in, dek het af en bak het op een laag vuur gedurende 10 minuten. Af en toe even roeren.


Doe er de bouillon bij, samen met 4 salieblaadjes. Breng het aan de kook, dek het af en laat het 40 minuten zachtjes koken, tot de pastinaak zacht genoeg is om te worden gepureerd.


En dat is de volgende stap: verwijder de salieblaadjes en pureer je soep met een staafmixer. Roer nu de room door de soep en warm het nog eens goed door. Kruid de appelsoep met zout en peper.

Appelsoep met pastinaken
Verhit ondertussen de olie in een kleine koekenpan. Doe er een paar takjes salie in, en laat ze 2 minuten bakken. Haal ze eruit en laat ze uitlekken op keukenpapier. Doe nu een paar sneetjes brood in de pan en bak ze eventjes aan allebei de kanten.


Knip de uitgelekte gebakken blaadjes salie van de takjes. Bestrooi het gebakken brood met de blaadjes salie en zet het, samen met de hete soep, meteen op tafel.

Appelsoep met pastinaken

 


download dit recept

Oostenrijkse recepten      Gerechten uit de keuken van Oostenrijk

 

Marillenknödel
Abrikozenknoedels

Het verhaal gaat dat de Oostenrijkse keizer Ferdinand I (1793-1875), die algemeen werd beschouwd als een simpele ziel, eens aan zijn kok vroeg om Marillenknödel. “Majesteit”, zei de kok respectvol, “het spijt mij zeer, maar dat is helaas niet mogelijk. In deze tijd van het jaar zijn verse abrikozen niet verkrijgbaar.” Het antwoord van de monarch is de geschiedenis ingegaan als het enige coherente bevel uit zijn hele regeringsperiode: “Ich bin der Kaiser und ich will Knödel!”.

Toen hij, na 13 jaar op de troon gezeten te hebben, geconfronteerd werd met een volksopstand vroeg hij aan vorst Metternich om een verklaring. “Sire, het volk maakt een revolutie” antwoordde de vorst, waarop de keizer reageerde met een verbouwereerd: “Jamaar… mògen ze dat dan?”

Ferdinand, die in de volksmond bekend stond als “Ferdinand der Gütige” werd door zijn minsters gemaand om troonsafstand te doen ten gunste van zijn neef, Franz-Joseph (die van Sisi). Hij verhuisde naar Praag en ging vanaf dat moment als “Gütinand der Fertige” door het leven.

Ferdinand mocht zijn afgedankt, maar de Marillenknödel, die zijn gebleven.

Gelukkig maar. Oostenrijk zou Oostenrijk niet zijn zonder dit snoepgoed van abrikozen in een jasje van plattekaas en bloem, door goudbruin geroosterd paneermeel en suiker gerold. Razend lekker en razend populair bij iedereen, van jong tot oud, van hoog tot laag, van rijk tot arm.

Marillenknödel

Voor deze keizerlijke Marillenknödel hebben we nodig:
250 gr. kwark (plattekaas)
1 ei
180 gr. bloem
1 snufje zout
8 abrikozen
boter
suiker
paneermeel

Marillenknödel maak je zo:

Marillenknödel
Van de plattekaas, het ei, de bloem en een snufje zout kneed je een glad deeg dat niet meer aan je vingers kleeft. Als het te nat is mag er nog wat bloem bij. Zet het een uurtje in de koelkast.

Marillenknödel
Als het tijd is om het deeg weer uit de koelkast te halen, dan pak je de abrikozen en snij je ze half door, net ver genoeg om de pit te kunnen verwijderen. Op de plaats van die pit stop je een half suikerklontje. Bestuif een werkblad met bloem. Daarop rol je het deeg uit tot een dikke rol. Snij het in acht gelijke stukken. Vorm van ieder stuk een plat pannenkoekje. Daarin vouw je een abrikoos. Vorm er een gladde, goed gesloten bal van, eventueel m.b.v. een druppeltje water.

Marillenknödel
Breng een grote pan water aan de kook. Laat de Marillenknödel er in glijden en kook ze 7 minuten.

Marillenknödel
Ondertussen laat je een genereuze klont roomboter smelten in een koekenpan. Strooi er flink paneermeel over en laat het zachtjes bakken zodat het paneermeel mooi gaat kleuren. Bestrooi het met suiker.

Marillenknödel
De marillenknödel zijn ondertussen wel gaar. Haal ze met een schuimspaan uit de pan en rol ze eens flink door het gesuikerde paneermeel. Zet je marillenknödel meteen op tafel, want als ze koud zijn is er geen aardigheid meer aan.

 


download dit recept

Oostenrijkse recepten      Gerechten uit de keuken van Oostenrijk

 

Wiener Wäschermädeln
Gevulde abrikozen in beslag

Weense wasmeisjes. Ongetwijfeld zijn ze net zo verrukkelijk als dit dessertje van met marsepein gevulde abrikozen, die door een beslag van witte wijn en bloem worden gehaald en daarna worden gefrituurd.

Als je de abrikozen vervangt voor gedroogde pruimen en ze niet vult met marsepein, maar met amandelen, dan zijn de meisjes ineens jongetjes geworden en heten ze “Schlosserbuben”.

Maar waar je voorkeur ook naar uitgaat; eet ze zolang ze nog warm en knapperig zijn.

Weense wasmeisjes

8 abrikozen
20 gr. poedersuiker
60 ml. marillenlikeur (abrikozenlikeur)
80 gr. marsepein

1/3 l. witte wijn
250 gr. bloem
3 eieren
2 el. olie
1 el vanillesuiker
zout
2 el. aardappelmeel
4 el. poedersuiker

olie om te frituren

Weense wasmeisjes
Blancheer de abrikozen kort in kokend water. Snij ze in vanaf de steel en haal de pit eruit. Marineer ze in de suiker en de likeur.

Weense wasmeisjes
Maak 8 kleine bolletjes van het marsepein en vul daarmee de abrikozen.

Weense wasmeisjes
Roer voor het beslag de wijn met de bloem glad. Scheidt de eieren. Roer de dooiers, een beetje zout, de vanillesuiker en 2 el. olie door de wijnmassa. Sla de eiwitten met een snufje zout tot een stijve sneeuw en schep het onder het beslag.

Weense wasmeisjes
Rol de abrikozen door het aardappelmeel (zodat het beslag beter blijft zitten) en haal ze daarna met behulp van een vork door het beslag. Bak de Wäschermädeln in het hete vet goudbruin.

Weense wasmeisjes
Laat de Weense wasmeisjes even uitlekken op keukenpapier en bestrooi ze met poedersuiker.

 


download dit recept

Oostenrijkse recepten      Gerechten uit de keuken van Oostenrijk

 

Hollersuppe
Vlierbessensoep

Vlierbessen zijn de zwarte vruchtjes van de vlier (Sambucus nigra), een struik van drie tot wel tien meter hoog, waarvan je het hele jaar door kunt eten.

In de wintermaanden is de struik de gastheer van Judasoren, een oorvormig zwammetje dat zijn naam dankt aan het verhaal dat Judas Iskariot zich zou hebben opgehangen aan een vlier. In het voorjaar zijn het de jonge scheuten waarvan we kunnen smullen, voordat ze verhouten. Daarna zijn de bloemknopjes aan de beurt, maar het liefst wachten we tot eind mei/begin juni, wanneer de grote, bloeiende bloemtrossen zwaar aan de boom hangen, vol van geel stuifmeel. Daarvan maken we thee of vlierbloesemsiroop, maar liever nog frituren we ze in een jasje van beslag. De rijpe bessen, die in het najaar in zwarte trossen aan de takken hangen, daarvan maken we siroop, confituur of deze overheerlijk “Hollersuppe”; vlierbessensoep.

Lauwwarm en gegarneerd met wat geroosterd brood is deze vlierbessensoep heerlijk als voorafje, maar ook koud als dessert niet te versmaden.

vlierbessensoep

Voor deze Oostenrijkse vlierbessensoep hebben we nodig:
500 gr. vlierbessen
2 – 3 appels
3 el. boter
1 tl. kaneel
1 tl. suiker
2 dl. rode wijn
3 dl. water
2 dl. melk
2 el. bloem
4 sneden witbrood
boter

vlierbessensoep
Was de vlierbessen en laat ze uitlekken. Schil de appels, haal het klokhuis eruit en snij ze in stukjes. Laat de boter smelten in een soeppan. Doe er de bessen en de stukjes appel bij, de kaneel, suiker, rode wijn en het water. Breng het aan de kook en laat het met gesloten deksel heel zachtjes gaan tot de vruchten zacht zijn.

vlierbessensoep
Meng de bloem met de melk. Daarmee bind je de vlierbessensoep. Laat het nog een een kwartiertje koken, nu zonder deksel, zodat het een beetje inkookt. Is de soep na 10 minuten nog niet dik genoeg naar je zijn, doe er dan nog wat met melk gemengde bloem bij. Draai het vuur dan uit en laat de soep een beetje afkoelen.

vlierbessensoep
Ondertussen snij je het brood in blokjes of repen. Bak ze in de boter goudbruin en knapperig. Schep de lauwwarme vlierbessensoep in koppen, garneer ze met het geroosterde brood en zet het meteen op tafel.

vlierbessensoep
Deze vlierbessensoep is ook koud erg lekker, zowel als zomers voorafje als bij wijze van dessert. In dat geval mag er wel wat meer suiker bij. Zet de soep dan een paar uur in de koelkast.

 


download dit recept

Bulgaarse recepten      Gerechten uit de keuken van Bulgarije

 

телешко със сухи сливи – teleshko sŭs sukhi slivi
Rundvlees met pruimen

Deze pittige stoofschotel van rundvlees met pruimen begint dankzij het paprikapoeder, de rode wijn en de uien al aardig op een goulash te lijken. Lijken, want het zoete van de gedroogde pruimen laat het ook weer geuren naar van de keukens van het oostelijke Middellandse Zee-gebied. Een gerecht dat zo’n beetje op de grens tussen oost en west balanceert, dat past eigenlijk wel bij de Bulgaarse keuken. Dit rundvlees is eenvoudig te maken en zeker de moeite waard om eens te proberen.

Rundvlees met pruimen

Voor dit Bulgaarse rundvlees met pruimen hebben we nodig:
1 kg. rundvlees
2 el. olie
2 uien
1 tl. scherp paprikapoeder
2 laurierblaadjes
500 gr. gedroogde pruimen
zwarte thee
1 glas (2 dl.) rode wijn
2 klontjes suiker
zout
evt. peper

Rundvlees met pruimen
Snipper de uien en bak ze in wat olie rustigjes tot ze zacht en glazig zijn. Haal ze uit de pan en zet ze apart.


Zet het vuur nu hoog en bak het vlees al omscheppend krachtig aan. Zodra het bruin wordt gaan de gebakken uien terug bij het vlees. Schep het nog eens goed om en haal de pan van het vuur. Strooi er het paprikapoeder overheen en schep het nog eens goed om. Zet het terug op het gas en giet er wat water bij. Beslist niet te veel: als het vlees zo’n slordig beetje half onder staat is het genoeg. Breng het snel aan de kook en zet het vuur dan laag. Doe de laurierblaadjes erbij, kruid het met een flinke snuf zout en laat het vlees heel zachtjes gaar pruttelen. Als het droog dreigt te worden mag er natuurlijk nog een scheutje water bij.

Rundvlees met pruimen
Ondertussen week je de pruimen in de warme thee. Als het vlees gaar is laat je de pruimen even uitlekken. Die gaan erbij, samen met de wijn. Breng het op smaak met de suiker en evt. wat peper en misschien nog wat zout. Laat het nog een paar minuutjes verder pruttelen.


Dien het rundvlees met pruimen op met een paar gekookte aardappelen of aardappelpuree.
 

goulash Alle recepten voor GOULASH

 

Rundvlees met pruimen
download dit recept

Slowaakse recepten      Gerechten uit de keuken van Slowakije

 

Makové palacinky
Maanzaadpannenkoekjes

Dit heerlijke nagerechtje van palacinky oftewel pannenkoeken met maanzaad en pruimensaus is een variatie op de traditionele (en veel bekendere) noedels met maanzaad, een gerechtje dat ook in Tsjechië en Oostenrijk een geliefd dessertje is. In dit Slowaakse recept gaat het maanzaad zowel door het beslag van de pannenkoekjes als in de vulling. De pannenkoekjes worden opgediend met pruimensaus.

Pannenkoeken met maanzaad en pruimensaus

Voor deze smakelijke Slowaakse pannenkoeken met maanzaad en pruimensaus hebben we best wel het een en ander nodig:
Voor de palacinky:
½ l. melk
2 eieren
50 gr. gemalen maanzaad
1 zakje vanillesuiker
1 el. suiker (of minder, maar beslist niet meer)
200 gr. bloem
een snufje zout

Voor de maanzaad vulling:
200 gr. gemalen maanzaad
100 gr. suiker
1 zakje vanillesuiker
kaneel
1 tl. fijngeraspte citroenschil
2 el. pruimenjam
2 dl. melk

Voor de pruimensaus:
500 gr. verse pruimen (of 50 – 60 gr. gedroogde)
kaneel
1 zakje vanillesuiker
suiker naar smaak
evt. een scheutje rum

Pannenkoeken met maanzaad en pruimensaus
Voor de pannenkoekjes meng je de ingrediënten in een kom en klop je ze goed. Laat het beslag een half uurtje rusten.


Voor de vulling breng je de melk aan de kook. Daar los je de suiker en de vanillesuiker in op. Doe er het maanzaad, de citroenschil, een snuf kaneel en twee el. pruimenjam bij. Een theelepeltje rum kan geen kwaad, maar hoeft niet. De bedoeling is om een dikke, stevige saus te krijgen.

Pannenkoeken met maanzaad en pruimensaus
Voor de saus ontpit je de pruimen en snij je ze in vieren. Niet kleiner, want we willen nog wel graag af en toe een stuk pruim tegenkomen. Je kunt ook ingemaakte pruimen gebruiken. Kook ze in een klein beetje water samen met de vanillesuiker en een snuf kaneel. Als de saus een mooie dikte begint te krijgen voeg je suiker naar smaak toe. Er mag een scheut rum doorheen, maar dat moet natuurlijk niet.


Bak van het beslag in een met boter of olie ingevette koekenpan dunne pannenkoekjes. Daarover smeer je een laagje van de warme maanzaad vulling. Rol de pannenkoekjes op en overgiet ze met de hete pruimensaus.

 


download dit recept