Tag archieven: zoetigheid

Oostenrijkse recepten      Gerechten uit de keuken van Oostenrijk

 

Waldviertler Mohntorte
Maanzaadtaart uit het Waldviertel

Kennen we maanzaad bij ons vooral als het strooisel op harde broodjes dat zo hinderlijk tussen je tanden kan kruipen, in de landen in het hartje van Europa weten ze beter. Daar maken ze al eeuwenlang de lekkerste gerechten met de blauwe zaadjes. In een enkel geval is dat hartig, zoals deze Oostenrijkse gepaneerde karper of deze Schlutzkrapfen met maanzaadboter uit Tirol, maar maanzaad wordt natuurlijk vooral verwerkt in gebak, taarten, desserts en andere zalige zoetigheden. De fameuze maanzaadrollade is in zowat alle landen van Centraal Europa een vaste gast op de kerst- en paastafel. Andere voorbeelden zijn smakelijke nagerechtjes zoals de Tsjechische pasta met maanzaad en pruimenjam, de Slowaakse šúľance s makom en de maanzaadpannenkoekjes, maar maanzaad wordt vooral gebruikt in gebak, zoals de pauwenogen uit Roemenië, deze Bulgaarse abrikozentaart of wat misschien wel het beroemdste gebak van Slovenië is: de bewerkelijke maar o zo lekkere Prekmurska gibanica. Om maar een paar voorbeelden te noemen.

Ook in deze taart uit het Oostenrijkse Waldviertel speelt maanzaad de hoofdrol. Het gemalen maanzaad wordt gemengd met grof geraspte hazelnoten, boter, eieren, suiker, rum en kaneel. Alsof dat nog niet genoeg is komt er nog een vulling tussen van Ribiselmarmelade; een gelei van rode bessen. De maanzaadtaart wordt tot slot nog bestreken met een laagje glazuur en opgediend met een ferme portie mierzoete slagroom. Feest!

Maanzaadtaart

voor de maanzaadtaart hebben we nodig:
200 gr. boter
200 gr. suiker
1 zakje vanillesuiker
6 eieren
200 gr. gemalen maanzaad
100 gr. geraspte hazelnoten
6 cl. rum
1 mespunt kaneel
boter
Ribiselmarmelade (rode bessengelei – zie onderaan de pagina)

en voor het glazuur:
200 gr. poedersuiker
het sap van ½ citroen
2 el. water

Maanzaadtaart uit het Waldviertel
Scheid de eieren. Roer de eierdooiers samen met de boter, de helft van de suiker en de vanillesuiker schuimig. Meng er dan het gemalen maanzaad, de geraspte hazelnoten, rum en kaneel door.

Waldviertler Mohntorte
Klop het eiwit met de rest van de suiker tot een stijve massa. Die schep je voorzichtig door de taartmassa.

Maanzaadtaart uit het Waldviertel
Vet een ronde springvorm in met boter. Stort er de taartmassa in en bak het in een op 200ºC. voorverwarmde oven. Veertig minuten.

Waldviertler Mohntorte
Laat de taart afkoelen en haal hem uit de springvorm. Snij hem dwars doormidden, bestrijk de bovenste helft met de ribiselmarmelade. Leg er nu de onderste helft op (die onderste helft ziet er namelijk gladder uit ;)!). Bestrijk ook de bovenkant heel dunnetjes met de marmelade.

Maanzaadtaart uit het Waldviertel
Nu nog even het glazuur. Daarvoor roer je de poedersuiker met het citroensap en het water schuimig. Doop een breed (palet)mes in gloeiend heet water en strijk daarmee het glazuur over de taart.

Waldviertler Mohntorte
Dien de maanzaadtaart op met lekker veel slagroom.

 


 
Ribiselmarmelade
rode bessengelei maak je heel eenvoudig zo:
neem
1 kg. rode bessen
en
1 kg. geleisuiker 1:1

rode bessengelei Was de rode bessen en verwijder de steeltjes. Doe de vruchten in een [an met water en breng het (onder voorzichtig roeren) aan de kook. Giet het af en wrijf de bessen door een fijne zeef.
rode bessengelei Meng de bessenpuree met de geleisuiker en breng het opnieuw al roerend aan de kook. Laat het een 6 – 7 minuutjes zachtjes koken.
rode bessengelei Doe de gloeiend hete ribiselmarmelade in schoongemaakte glazen potten, veeg de randen even schoon met een stuk keukenpapier, draai de deksels op de potten en laat ze ondersteboven afkoelen.

 

Saures Rindfleisch
download dit recept

Tsjechische recepten      Gerechten uit de keuken van Tsjechië

 

Laskonky

Laskonky zijn ovale gebakjes van een deeg van eiwit, suiker en kokos of gemalen (wal)noten. Laskonky worden per twee opgediend, op elkaar, met daartussen een romige vulling. Vaak is dat slagroom of custard, maar erg populair is ook een vulling van gecondenseerde melk en boter. Gecondenseerde melk is door verdamping ingedikte koemelk met suiker, verkrijgbaar in een blikje en eindeloos lang houdbaar. Voor deze vulling wordt de gecondenseerde melk -in het gesloten blik!- drie uur lang verhit in een pan met water. Daarna mag het spul afkoelen (let op: laat het blik helemaal afkoelen voordat je het openmaakt!) en wordt het opgeklopt met een heel pakje (250 gr.) roomboter. Het resultaat is een onfatsoenlijk ongezond lekkere crème: een feest voor de liefhebbers van schaamteloos allemachtig zoet en vet. Ben je een klein beetje gematigder gedisponeerd, dan doen je het met slagroom of custard. Vooral die custard is erg handig, want dan hebben we meteen een prima bestemming voor de eierdooiers waar we anders mee zouden blijven zitten.

Laskonky

Laskonky worden gebakken in een speciale laskonky-vorm, waarmee we de fraaie gelijkmatige platte ovaaltjes tevoorschijn kunnen toveren. Geen laskonky-vorm? In iedere andere vorm, rond, vierkant of wat dan ook, smaken ze precies even goed…

Voor ongeveer 20 laskonky hebben we nodig:
3 eiwitten
160 gr. basterdsuiker
80 gr. poedersuiker
110 gr. gemalen (wal)noten of kokos

en voor de custard voor de vulling:
3 eierdooiers
50 gr. poedersuiker
1 zakje vanillesuiker
20 gr. bloem
4½ dl. melk
1 vanillestokje
geraspte citroenschil

Laskonky
Klop de eiwitten stijf met de basterdsuiker. Doe het grondig, want het beslag moet echt stevig zijn. Als het koud niet lukt, doe het dan au bain-marie. Meng de poedersuiker met de kokos (of de gemalen noten). Dat schep je voorzichtig onder het eiwit.


Leg een vel bakpapier op een bakplaat. Daarop leg je de laskonky-vorm, of, als je die niet hebt, een ander plat vormpje. Schep er het beslag in en strijk het glad. Dan haal je de vorm weg. Ga zo door tot al het beslag op is.

Laskonky
Zet de laskonky in een op 120ºC. voorverwarmde oven en bak ze 15 minuten. Verlaag dan de temperatuur naar 80ºC. en laat ze nog eens een half uur gaan. Als ze goed zijn kun je ze met een spatel of mes gemakkelijk van het papier scheppen. Blijven ze nog wat plakken, laat ze dan nog even drogen in de (uitgeschakelde) oven

Laskonky
CUSTARD
Terwijl de laskonky bakken maken we de custard. De enige moeilijkheid bij het maken van custard is dat het spul niet mag koken, maar dat de bloem wel voldoende hitte en tijd moet krijgen om zonder te gaan klonteren gaar te worden. Maak de custard dus in een pan met dikke bodem of -nog veiliger- au bain-marie.

Laskonky
De dooiers en de suiker doe je in je pan en klop je met een garde tot de suiker is opgelost en het spul licht en romig is. Doe er dan lepel voor lepel de bloem door en blijf het goed kloppen.


In een ander pannetje doe je de melk. Snij het vanillestokje in de lengte doormidden en schraap het merg eruit. Dat gaat in de melk, samen met het stokje zelf. Verwarm de melk tot er aan de randen belletjes beginnen te verschijnen. Schenk de melk nu scheutje voor scheutje bij de eierdooiers (nog steeds niet op het vuur!) en blijf roeren want we willen geen klontjes.

Laskonky
Nu pas zet je de pan op een laag vuur en roer het vijf minuten lang met een houten lepel. Zorg ervoor dat de custard niet gaat koken. Het is klaar als het matig dik is en zo’n beetje aan je lepel blijft hangen.

Laskonky

Doe de custard in een spuitzak. Spuit een royale mop van de custard op een laskonky, leg er een andere bovenop en druk het een beetje aan.

 

laskonky
download dit recept

Slowaakse recepten      Gerechten uit de keuken van Slowakije

 

Lekvárové pirohy

Pirohy, dat zijn de kleine deegkussentjes uit Slowakije en Polen. Meestal gevuld met hartige zaken als kaas, zuurkool of spek, maar ze komen ook in zoete uitvoeringen, zoals deze lekvárové pirohy. “Lekvár” is een Hongaars woord en betekent “jam”. De tijd dat Slowakije deel uitmaakte van het Hongaarse koninkrijk is weliswaar al meer dan honderd jaar geleden, maar onze wilde gok is dat daar toch de oorsprong van de naam gezocht moet worden. Voor deze pirohy hebben we droge kwark/plattekaas nodig met een hoog vetgehalte. In Slowakije heet het “tvaroh tučný”, “vette kwark”, en heeft de consistentie van feta. Kun je dat niet krijgen, neem dan iets anders (b.v. hüttenkäse) en laat het uitlekken in kaasdoek tot het de gewenste consistentie heeft.
Voor het opdienen worden deze zoete pirohy door gesmolten boter gewenteld en bestooid met zaken als (poeder)suiker, gemalen maanzaad of verkruimelde peperkoek. Lekvárové pirohy kunnen zowel als nagerecht als als zoete lunch gegeten worden.

Lekvárové pirohy

Voor onze lekvárové pirohy hebben we nodig:
40 gr. boter
snufje zout
1 ei
60 gr. kwark
250 gr. grof meel
confituur, naar smaak: aardbeien, pruimen, bosbessen…

en voor het opdienen:
boter
gemalen maanzaad, suiker, verkruimelde peperkoek…

Lekvárové pirohy
Meng de boter met een snuf zout en de geraspte kwark. Zeef er de bloem boven, breek er het ei overheen en maak er een glad deeg van. Rol het uit tot een dikte van 1 cm. en snij er met een mes kleine vierkantjes van. Op elk stukje deeg leg je een theelepel jam, klap het dicht tot een driehoek en druk de randen goed vast.


Kook de pirohy 5 – 7 min. in gezouten water, afhankelijk van hoe groot ze zijn uitgevallen. Als ze boven komen drijven zijn ze gaar.

Lekvárové pirohy
Haal de lekvárové pirohy met een schuimspaan uit het water en laat ze even uitlekken. Wentel ze door gesmolten boter en bestrooi ze met -naar smaak- (poeder)suiker, gemalen maanzaad, verkruimelde peperkoek, room…

 

Lekvárové pirohy
download dit recept

Hongaarse recepten      Gerechten uit de keuken van Hongarije

 

Görhe
Maïsgebak

Görhe zijn uiterst simpele gebakjes van maïsmeel, eieren en suiker. Het wordt gebakken op de plaat, als een grote vierkante koek, en daarna in blokjes gesneden en opgediend met confituur. Pruimen- of abrikozenjam smaakt er bijvoorbeeld erg lekker bij. Eenvoudig om te maken, snel klaar, helemaal glutenvrij en dan ook nog eens uiterst lekker om te eten.

Görhe

Voor een plaat vol van deze Hongaarse görhe hebben we nodig:
4 eieren
100 gr. poedersuiker
½ zakje bakpoeder (± 8 gr.)
300 gr. fijn maïsmeel
1 dl. olie
pruimen- of abrikozenjam (of een andere soort confituur)

Görhe
Verwarm de oven voor op 180ºC.


Klop de eieren los met de poedersuiker. Meng er het bakpoeder, het maïsmeel en de olie onder, plus -zo nodig- een klein beetje water, net genoeg om er een handelbare brij van te maken.

Görhe
Vet een bakplaat in met een beetje olie. Spreid er de maïsbrij over uit en bak het in ongeveer drie kwartier gaar en goudbruin.


Laat het spul afkoelen, snij het in blokjes en bestrooi het met poedersuiker. Serveer de görhe met de pruimen- of abrikozenjam.

 

Görhe
download dit recept

Hongaarse recepten      Gerechten uit de keuken van Hongarije

 

Tejes pite
Melktaart

Deze Hongaarse melktaart is een schoolvoorbeeld van voorbeeldige eenvoud. Een deeg van eieren, suiker, melk en bloem, goudbruin gebakken in de oven. In sommige recepten, zoals hier, wordt een deel van de melk vervangen door room, in andere recepten wordt er een flinke klont boter door het deeg gemengd, allebei bedoeld om het eindresultaat wat meer schwung te geven. Wil je het nog wat extra opdirken, dan bestrijk je de melktaart ook nog met een laagje confituur: abrikozen of kersen bijvoorbeeld doen het altijd goed. Snij de melktaart in blokjes en pas op dat je je vingers er niet bij opeet.

voor onze Hongaarse melktaart hebben we nodig:
3 eieren
100 gr. suiker
1 zakje vanillesuiker
3 dl. melk
2 dl. slagroom
1 snufje zout
150 gr. bloem

Melktaart
Klop de eieren samen met de suiker en de vanillesuiker glad en schuimig. Meng er een snufje zout, 2 dl. slagroom en 3 dl. melk door. Meng er nu beetje bij beetje de bloem door, bij voorkeur handmatig, met een garde.

Melktaart
Bedek een bakplaat met bakpapier. Verspreid het deeg er in niet meer dan een vingerdikke laag op uit en bak het op 180ºC. in ongeveer een half uur goudbruin.

Melktaart
Eventueel bestrijken met confituur als ze heet uit de oven komt, even wat laten afkoelen, in blokjes snijden en opdienen.

 

Melktaart
download dit recept

Oostenrijkse recepten      Gerechten uit de keuken van Oostenrijk

 

Böhmische dalken

Veel gerechten uit de Boheemse keuken hebben een vast plekje veroverd in het Oostenrijkse spijzenrepertorium en zijn zo volmaakt ingeburgerd dat geen Oostenrijker beter weet dan dat ze typisch Oostenrijks zijn. Zo is het ook met deze dalken, ook bekend als liwanzen of liwanzerln. Deze Boheemse bakseltjes mogen zich samen met Buchteln, Scheiterhaufen, Zwetschkenknödel, Mohnnudeln en Palatschinken tot de geliefdste lekkernijtjes van Oostenrijk rekenen.

Böhmische dalken zijn in feite uit de kluiten gewassen poffertjes. Ze worden, net als onze poffertjes, gemaakt van een gistdeeg en gebakken in een speciale pan, een Dalkenpfanne (ook Augenpfanne of Krapfenpfanne), wat hetzelfde is als onze poffertjespan maar dan met holtes die een stuk groter zijn. Daar komt ook de naam, dalken, vandaan: van het Tsjechische woordje voor die holtes in de dalkenpfanne: “vdolky”.

Dalken worden gewoonlijk opgediend per twee stuks, op elkaar, met daartussen een flinke lepel powidl, een dikke stroop van ingekookte pruimen, eventueel met nog wat zure room of plattekaas. Andere geliefde vullingen zijn vossebessen- of aardbeienmarmelade, maanzaad of walnoten, vanillesaus, abrikozenconfituur of Zwetschgenröster, en dan mag er vaak ook nog een dot room tussen. Maar wat de vulling ook is, ze worden -alweer net als onze poffertjes- altijd warm opgediend en bestrooid met poedersuiker.

Dalken

Voor onze Böhmische Dalken hebben we nodig:
3½ dl. melk
1 blokje verse gist (42 gr.)
240 gr. bloem
2 eieren
40 gr. gesmolten boter
de schil van 1 citroen
een snuf zout
60 gr. suiker

400 gr. powidl
250 gr. zure room
poedersuiker

Dalken
Verwarm een derde van de melk tot lauw. Los de gist erin op en meng het met ¼ van de bloem tot een brei. Dat heet de “Dampfl”. Bestrooi die Dampl met een beetje bloem en zet ze op een warme plek (max. 40ºC.). Laat ze een klein half uur staan, tot ze in volume verdubbeld is en het oppervlak scheuren vertoont.


Scheid de eieren en laat de boter smelten in een pannetje. Meng de gesmolten boter met de geraspte citroenschil, de eierdooiers, een snufje zout en de rest van de melk. Hierbij gaan de gerezen Dampfl en de resterende bloem. Werk het tot een beslag.


Klop de eiwitten stijf met de suiker en schep het voorzichtig onder het beslag. Zet het op een warme plaats en laat het nog eens een half uur staan. Het beslag vanaf nu niet meer roeren.

Dalken
Nu gaan we de dalken bakken. Verwarm de dalkenpfanne tot matig heet. In iedere kuil laat je een klontje boter smelten. Giet twee eetlepels van het beslag in het kuiltje, bak ze lichtbruin, keer ze één maal met een vork en bak ze af. Ze worden, net als poffertjes, snel bruin (in ongeveer 3 minuten) en blijven van binnen zacht, bijna nog een beetje rauw zelfs.


De gebakken dalken hou je het best warm in een oven (70ºC.) terwijl je de rest van het beslag bakt.

Dalken
Leg steeds twee dalken op een bord met daartussen powidl (of een andere vulling, zie hierboven), bestrooi ze met poedersuiker en zet ze op tafel.

 

Dalken
download dit recept

Hongaarse recepten      Gerechten uit de keuken van Hongarije

 

Burgonyatorta
Aardappeltaart

Koud, glazig en een beetje verkleurd liggen ze je vanuit de koelkast aan te kijken: de gekookte aardappelen die van gisteravond zijn overgebleven. Niet bepaald een feestelijke aanblik… of toch wel? In Hongarije weten ze er wel raad mee. Een pondje koude aardappelen, wat suiker, wat bloem en wat boter en voor je het weet is het onzalige kliekje piepers getransformeerd tot een hartverwarmende taart.

Aardappeltaart

Voor deze Hongaarse aardappeltaart hebben we nodig:
4 eieren
250 gr. suiker
250 gr. gekookte aardappelen
3 el. bloem
3 el. paneermeel
half pak (1 theelepel) bakpoeder

voor het invetten van de vorm:
boter
bloem

en voor de crème:
100 gr. boter
100 gr. poedersuiker
250 gr. gekookte aardappelen
40 gr. cacaopoeder
2 el. rum
1 zakje vanillesuiker

Aardappeltaart
Een pond koude aardappelen van gisteren (zonder schil!) werk je door de aardappelpers. Geen kliekjes? Kook dan je de aardappelen, pel ze, werk ze door de pers en laat ze helemaal afkoelen. Verdeel de aardappelprut in twee delen van elk 250 gr.

Aardappeltaart
Scheid de eieren. Klop de eierdooiers met de helft van de suiker in een minuutje of vijf mooi schuimig met je mixer. Meng er dan het bakpoeder en de aardappelen door, en vervolgens de bloem en het paneermeel. Klop nu samen met de andere helft van de suiker de eiwitten tot een stevig schuim en schep ze door het mengsel.

Aardappeltaart
Vet een vorm (Ø 24 cm.) in met boter en bestuif met bloem. Hou de vorm even ondersteboven om de overtollige bloem kwijt te raken. Stort er het deeg in en strijk het glad. Bak het in de oven, 30 min. op 180ºC. Laat het gebak helemaal afkoelen.

Aardappeltaart
Voor de crème meng je de zachte boter met de poedersuiker. Vervolgens doe je er de tweede helft van de aardappelen, de cacao, de rum en de vanillesuiker door.

Aardappeltaart
Snij de afgekoelde koek overdwars in twee delen, zodat je twee “taarten” hebt. Bestrijk de onderste helft met de helft van de crème, leg het bovenste er weer op en bestrijk de hele aardappeltaart met de rest van de crème.

Aardappeltaart
Je kunt de aardappeltaart eventueel nog versieren met wat chocolaatjes of toefjes slagroom.

Aardappeltaart
Zet de taart een paar uur in de koelkast om op te stijven.

 

Aardappeltaart
download dit recept

Roemeense recepten      Gerechten uit de keuken van Roemenië

 

Ochi de păun
Pauwenogen

Bij het zien van dit kleurrijke Roemeense lekkernijtje krijgen we wel zo’n donkerbruin vermoeden waar ze de naam, pauwenogen, vandaan gehaald hebben. De twee vuurrode kersen de je, aan weerszijden van een zoete walnotenvulling, vanuit hun goudbruin gebakken deegbrilletje verleidelijk aankijken, doen onwillekeurig denken aan een vlindertje: ochi de păun, of, zoals we het diertje in het Nederlands noemen, de dagpauwoog. De associatie met dat brilletje, die verklaart dan meteen ook de andere naam waaronder dit gebakje bekend staat: prajitura ochelari oftewel bril-gebak. Ochi de păun is een bijzonder lekker gebakje dat betrekkelijk snel en vooral gemakkelijk te maken is. Snel, makkelijk & smakelijk. Dat is altijd goed nieuws.

Pauwenogen

voor een grote bakplaat vol van deze pauwenogen gaan we in huis halen:
500 gr. bloem
150 gr. boter
1 pakje (7 gr.) instant gist
1 snufje zout
1½ dl. lauwwarme melk
3 eieren

1 pot kersen op siroop (800 ml.)
100 gr. suiker
200 gr. gemalen walnoten of gemalen maanzaad
1 zakje vanillesuiker
1 tl. citroenzeste
6 el. jam (bessen, kersen, pruimen, rozenbottel….)
plus nog wat poedersuiker voor het bestrooien

Pauwenogen
Laat de kersen goed uitlekken. Scheid de eieren. De dooiers zijn voor het deeg; de eiwitten voor de vulling.


Meng de bloem met een snuf zout en de instant gist. Verwarm de melk samen met de boter tot lauwwarm. Meng het door de bloem, doe er de eierdooiers bij en kneed er een deeg van.

Pauwenogen
Verdeel het deeg in drie stukken en rol het dun uit tot 3 rechthoeken (ong. 25 x 35 cm.). Smeer de vellen deeg in met de jam en leg langs iedere lange zijde een rij kersen, dicht tegen elkaar en dicht tegen de rand.


Rol het deeg nu over de kersen aan beide kanten strak op naar binnen. In het midden, tussen de twee rollen, laat je een ruimte vrij van goed twee vingers breed.

Pauwenogen
Klop de eiwitten met de suiker en de vanillesuiker tot een stijf schuim. Schep de gemalen walnoten (of het gemalen maanzaad) en de citroenschilletjes er met een spatel door. Hiermee vul je de opengelaten ruimte. Dat gaat misschien het gemakkelijkste met een spuitzak.


Leg het gebak op een bakplaat dat je hebt bekleed met bakpapier en bak het aan 180º C. in drie kwartier, misschien wat langer, tot lichtbruin.


Laat de pauwenogen afkoelen onder een keukendoek, bestrooi het met poedersuiker en snij het in plakken.

 

Pauwenogen
download dit recept

Oostenrijkse recepten      Gerechten uit de keuken van Oostenrijk

 

Linzer Augen
Linzer ogen

Een echt ouderwets traditioneel kerstkoekje, dat niet alleen met Kerstmis, maar ook op andere gelegenheden gretig aftrek zal vinden. Waarom de koekjes Linzer Augen heten? Wel: de ogen, dat zijn de drie gaatjes in de koekjes waardoor de mooie rode vulling van aalbessengelei naar buiten kijkt. Dat Linz, dat komt van het deeg: Linzer deeg is een korstdeeg gemaakt van bloem, suiker, boter, citroenschilletjes, een snufje kaneel en gemalen amandelen; hetzelfde deeg waarmee ook de wereldberoemde Linzer Torte wordt gemaakt.

Linzer Augen

Voor onze Linzer Augen hebben we nodig:
300 gr. bloem
200 gr. boter
100 gr. poedersuiker
1 zakje vanillesuiker
2 eierdooiers
100 gr. gemalen amandelen
1 snuf kaneel
de fijn geraspte schil van een halve citroen

en dan nog:
aalbessengelei
poedersuiker

Linzer Augen
Snij de boter in kleine stukken en laat ze op kamertemperatuur komen.


Doe nu alle ingrediënten (bloem, zachte boter, poedersuiker, vanillesuiker, eierdooiers, amandelen, kaneel en citroenschilletjes) in een schaal en kneed het snel tot een samenhangend deeg. Maak er een bal van, rol het in plasticfolie en laat het minstens een uur in de koelkast rusten.

Linzer Augen
Verwarm de oven voor op 180ºC.


Bestuif een werkblad met bloem en rol er het deeg dun op uit. Steek er cirkeltjes uit van ongeveer 5 cm.. In de helft van die cirkeltjes steek je nog eens drie kleine rondjes uit. Leg ze op een met bakpapier beklede plaat en bak ze in 10 – 12 minuten mooi lichtbruin.

Linzer Augen
Laat ze heel eventjes wat afkoelen en bestrijk de koekjes zonder gaten met de aalbessengelei. De koekjes met gaten bestrooi je met poedersuiker en leg je op de koekjes met de gelei. Druk ze heel lichtjes wat aan, zodat de gelei een klein beetje opbolt in de gaatjes.


Laat de koekjes op een rooster helemaal afkoelen en bewaar ze tot gebruik in een blik of plastic doos. Leg er wel bakpapier tussen zodat het geen plakkerige boel wordt. Zet ze op een koele plek en laat ze een paar dagen staan, daar worden ze nòg lekkerder van.

 

Linzer Augen
download dit recept

Oostenrijkse recepten      Gerechten uit de keuken van Oostenrijk

 

Powidl Pofesen
Verloren brood met pruimenmoes

Pofesen, gebakken boterhammen, danken hun naam naar alle waarschijnlijkheid aan de pavese, het manshoge ridderschild uit het Italiaanse Pavia. Waarom? Wie het weet mag het zeggen, maar wij hebben geen flauw idee.

De herkomst van het woordje Powidl is iets minder mysterieus. Het is een fonetische weergave van het Tsjechische povidel en staat voor een stroperige moes van ingekookte pruimen. Die pruimenmoes, die smeren we tussen de Pofesen: twee sneden brioche op elkaar, die we vervolgens door melk, ei en verkruimelde amandelen halen en dan goudbruin bakken in het hete vet. Ten slotte worden ze nog bestrooid met poedersuiker, en als je er echt werk van wil maken mag er ook nog vanillesaus en slagroom over. Inderdaad, net ons eigen wentelteefje, maar dan dubbeldik en extra feestelijk opgedirkt.

Powidl Pofesen

voor Powidl Pofesen voor 4 personen hebben we nodig:
8 sneetjes brioche
8 el. powidl (pruimenstroop)
1 dl. melk
3 eieren
1 zakje vanillesuiker
kaneel
zout
100 gr. geschaafde amandelen
botervet
poedersuiker

Powidl Pofesen
Snij het briochebrood in 8 schijven. Bestrijk de helft aan een kant met de pruimenmoes. Leg er een andere snee brood op en druk het goed op elkaar.


In een grote schaal klop je de eieren los met de melk, het zakje vanillesuiker, een snuf kaneel en een mespuntje zout.

Powidl Pofesen
Verbrokkel de geschaafde amandelen nog wat (maar maak er geen poeder van) en doe ze in een bord.


Verhit een royale laag (de Pofesen moeten er in zwemmen!) botervet in een koekenpan.

Powidl Pofesen
Doop de boterhammen even in de melk, haal ze dan door de losgeklopte eieren en tenslotte door de amandelen. Laat de boterhammen in hete hete vet glijden en bak ze goudbruin. Laat ze even uitdruipen op een stuk keukenpapier.


Bestrooi de Powidl Pofesen met poedersuiker en zet ze meteen op tafel. Ook lekker met vanille- of vruchtensaus, een bolletje ijs en stijf geslagen slagroom.

 

Powidl
download dit recept